Ergens eerder had Muug al geopperd even langs Hastings te passeren, waar het kiezelstrand vol vissersboten ligt. Owkeey.
Maar onderweg gaat ie langs de kant, wiebel in het voorwiel.
Eerst de boosdoener zoeken: een stevige doorn.
Dan een bus schuim en een capsulleke perslucht spuiten, nu rijden, op 't gemak, zodat dat schuim kan werken.
Noppes. Maar we staan wel stil op de oprit van een boerderij.
Ik haal mijn spare tube tevoorschijn terwijl Paul vraagt achter een compressor en tire irons.
Dat eerste is geen probleem, het tweede wordt benaderd door een koevoet en 2 overwerkte schroevendraaiers.
Ik wordt ineens gebombardeerd tot 'tire-master'.
En ben blij dat de binnenband niet gepitst wordt wanneer de buitenste er weer opgelepeld wordt.
't Zal misschien toch waar zijn.
Polle aan de pomp
Bijgevolg is 't op een drafje in Hastings, ik wil zeker de boot niet missen.
We trekken een spurtje naar Dover, waar de customs nog een beetje lastig doen. 'security check'
'Heb je 1 van de die dingen hier bij?', wijzend op een plastieken A4 met prentjes van allerhande wapentuig.
'Ja, nee', wijzend naar een lege bagageplaat, 'allemaal verkocht' (allez, in mijn hoofd toch, grapjas).
'Maak eens open' wijzend op een koffer bij Paul en een tas bij mij.
'Really?' Yep. Ok
'Kan je die binnentas uithalen en hier neerzetten?'
Waarop hij een krachtig NO kreeg. Ineens was openen voldoende, eens vluchtig kijken en we konden door.
Hopelijk kom ik daar nog eens en heb ik tijd zat. Dan mag hij letterlijk alles deftig controleren of ik vertrek niet. Doe het goed of doe het niet, ga niet halfslachtig mensen lastigvallen.
Maar het beloofd in alle geval voor na 31 oktober.
Anyways, we halen de boot, we kunnen Frankrijk al zien. De slechtste fish&chips van de week later zijn we er al.
Twee en een half uur later ben ik thuis. Helemaal volgens planning.
Merci Muug, 't deed deugd.